Op 1 september verhogen de minima in de sociale zekerheid en sociale bijstand met 2% (bovenop de gewone indexeringen). Deze verhoging is een uitloper van het ontwerp interprofessioneel akkoord dat door de regering werd overgenomen. Dit is een bijkomende stap in de inhaalbeweging die we met behulp van het mechanisme voor de welvaartsvastheid al enkele jaren aan het doen zijn.
Deze inhaaloperatie is geen overbodige luxe, integendeel. Het laatste jaarverslag van de Studiecommissie voor de Vergrijzing heeft haarfijn herrekend wat een alleenstaande of een koppel volgens Europese maatstaven in België anno 2011 nodig heeft om geen te hoog risico op armoede te lopen. Die armoedenorm bedraagt voor dit jaar voor een alleenstaande 1.013 euro per maand. Voor een koppel moet je er volgens Europese normen 50% bijtellen, zodat 1.520 euro nodig is per maand. Per kind (beneden de 14 jaar) moet nog 304 euro bij geteld worden.
Het ACV zette deze cijfers af tegen de minimumuitkeringen en stelde vast dat een aantal, zelfs met de 2% verhoging op 1 september, nog sterk onder deze norm zitten:
- Een werknemer met een volledige loopbaan als werknemer (45 jaar, inclusief gelijkstellingen) heeft binnenkort maar recht op een minimum van 1.066,33 euro als alleenstaande en op 1.332,5 euro als gezinspensioen. Die alleenstaande zit dan maar net boven de armoedenorm. Het overlevingspensioen voor een alleenstaande zit zelfs nog iets lager (1.049,57 euro). Het minimum gezinspensioen zit 13% onder de Europese armoedenorm.
- Een +21-jarige alleenstaande werkloze schoolverlater met wachtuitkering moet vanaf september rond komen met 770,6 euro per maand. Dat is 23,9% beneden de armoedenorm.
- De minimumwerkloosheidsuitkering voor een alleenstaande bedraagt binnenkort 898,3 euro per maand. Dat is 11,3% te weinig om geen armoede te riskeren.
- Voor een werkloos gezinshoofd met een partner zonder eigen inkomen wordt vanaf volgende maand 1.069,4 euro voorzien. Dat is 29,7% onder de norm.
- Iemand met een leefloon gaat naar 770,2 euro per maand als hij of zij alleenstaande is. Dat is 24% te weinig. Voor een koppel zonder kinderen stelt het OCMW 1.026,9 euro ter beschikking. Dat is 32,4 % onder de norm.
Onthutsende cijfers waar veel menselijk leed onder schuilt. Aan de vooravond van een saneringsdebat, waarin stemmen opgaan om het hakmes te zetten in de inhaalbeweging die we begonnen zijn met de welvaartsvastheid van de vervangingsinkomens en de sociale bijstand, stemt dit tot stevig nadenken.
Deze inhaaloperatie nu afremmen komt neer op het creëren van armoede. Een hervorming van de sociale zekerheid door meer mensen op het minimum te zetten even zeer. Wat geheel in strijd is met de Europese objectieven inzake armoedebestrijding (20 miljoen minder mensen met risico op armoede of uitsluiting tegen 2020 in Europa) én met het deel van die doelstelling dat België op zich heeft genomen (380.000 minder mensen met risico op armoede of uitsluiting tegen 2020).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten