Het ACV heeft een eerste evaluatie gemaakt van de begroting 2013.
Het ACV slaagde erin een aantal asociale voorstellen van tafel te krijgen: de automatische indexering wordt gevrijwaard, de indexsprong gaat niet door, er wordt niet teruggekeerd naar de 40 uur, de 10 feestdagen blijven behouden, het budget voor welvaartsvastheid wordt niet verder verminderd, geen BTW-verhoging … Bovendien kon een totale aanslag op het sociaal overleg rond lonen en flexibiliteit worden vermeden.
- geen loonsverhogingen boven index in 2013-2014 en nadien bijkomende verplichte correcties op de loonkosthandicap;
- geen gelijkwaardige inspanningen van andere inkomensgroepen (zelfstandigen, vrije beroepen, verhuurders, bestuurders, aandeelhouders, …) cf. artikel 14 van de Wet van 1996);
- nauwelijks verschuiving van lasten op loonarbeid naar andere inkomens inz. inkomens uit vermogen) voor een alternatieve financiering van de sociale zekerheid;
- lagere uitkeringen voor tijdelijk werklozen als er geen opleiding is;
- met 30 miljoen kan de huidige werkbonus hoogstens met 5 euro/maand omhoog;
- vooralsnog blokkeren de werkgevers elke verhoging van de minimumlonen en jeugdlonen;
- nauwelijks bijkomende stimulansen voor de opleiding van werknemers;
- geen nieuwe werkgelegenheidsinitiatieven, terwijl werklozen zwaar worden getroffen door de saneringsmaatregelen (jongeren, langdurig werklozen en oudere werklozen) of discriminaties;
- verwaarlozing van de noodzaak van innovatie en verduurzaming van de economie;
- geen verbetering van de kwaliteit van de jobs, integendeel risico op verslechtering door de bijkomende flexibiliteit.
- een verbetering van de brutominimumlonen;
- een afschaffing van de verlaagde barema’s voor jongeren;
- de vrijwaring van de stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag;
- sterkere investeringen in opleiding, innovatie en duurzame werkgelegenheid;
- inzet van de sectorale middelen voor de risicogroepen op de arbeidsmarkt;
- een vrijwaring en verbetering van de kwaliteit van de arbeid en de loopbanen;
- de bestrijding van de loon- en bijdragefraude, in het bijzonder in fraudegevoelige sectoren;
- een beter, gemeenschappelijk statuut voor arbeiders en bedienden.
- de sectorale middelen voor tewerkstelling (de 0.10%) minstens voor de helft in te zetten voor de zwaarste risicogroepen, in het bijzonder jonge werklozen;
- het sanctiestelsel te versterken voor werkgevers die onvoldoende investeren in opleiding.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten