woensdag 2 november 2011

Regeringsonderhandelaars moeten werk maken van controle op energieprijzen

Uit de studie die Frontier Economics gisteren voorstelde aan de energiewaakhond CREG blijkt dat gezinnen en bedrijven in België fors meer betalen dan in de buurlanden. Ook aardgas is in België erg duur voor gezinnen.

“De werknemers dreigen door het gebrek aan prijscontrole op energie zelfs verschillende keren het gelag te betalen” waarschuwt Marc Leemans, nationaal secretaris van het ACV. “Een eerste keer rechtstreeks via de factuur. Maar tegelijk stuwen de hoge energieprijzen ook de inflatie en dus de index de hoogte in. Wat alleen maar koren op de molen is van de werkgevers om te pleiten voor het afschaffen van die index. Wat nog zwaardere gevolgen zou hebben voor het inkomen van iedere werknemer. Totaal fout natuurlijk, niet de index is het probleem maar wel de ongecontroleerde energieprijzen. We dringen dan ook aan bij de regeringsonderhandelaars om eindelijk en snel werk te maken van een controle op de energieprijzen.”

Het ACV wil dat de overheid de energieregulator (CREG) de macht geeft om de elektriciteit- en gasprijzen veel sterker te controleren. De CREG moet controleren of de prijzen de werkelijke kosten van de productie weerspiegelen. In de Kamercommissie Bedrijfsleven bleek gisteren trouwens dat de Europese Commissie er, mits het respecteren van bepaalde modaliteiten, geen probleem mee heeft dat de CREG deze controlefunctie (via het vangnetmechanisme dat ook in Nederland met succes wordt toegepast) zou opnemen.

Tegelijk wil het ACV ook duidelijke en transparante facturen zonder de huidige obscure parameters die er voor zorgen zodat prijsverhogingen onmiddellijk en automatisch doorgerekend worden aan de klanten. Het ACV vraagt daarom om de elektriciteit- en gasprijzen los te koppelen van de olieprijs. Sinds de vrijmaking van de elektriciteit- en gasmarkt in België zijn de leveranciers volledig vrij om hun prijzen vast te stellen. Voor de meerderheid van de contracten doen ze dit echter nog steeds op basis van oude parameters waarin de olieprijs sterk doorweegt. Als de olieprijs stijgt, betalen de huishoudens dus onmiddellijk meer voor hun elektriciteit, hoewel de kosten van de producenten niet in dezelfde mate stegen. Het gros van onze elektriciteit komt namelijk uit afgeschreven kerncentrales en daarnaast van centrales op gas en steenkool. Stijgende olieprijzen betekenen dus vooral stijgende winsten voor de elektriciteitsproducenten en gasleveranciers

Meer controle op de kosten van de elektriciteitsproducenten moet er ook voor zorgen dat de overdreven winsten die gemaakt worden met afgeschreven kerncentrales terugvloeien naar de consumenten. Die consumenten hebben die versnelde afschrijvingen vroeger al betaald via hun factuur.


Rol van de energieprijzen bij de stijging van de inflatie in september 2011, Bijdrage aan de inflatie (in procentpunten)
Olieproducten: 1,17%
Elektriciteit, gas, vaste brandstoffen: 0,90%
Korf zonder energie: 1,49%
Index Consumptieprijzen: 3,55%

Geen opmerkingen:

Een reactie posten